Tarte tatin van witloof en ricotta met appel-pecannotensalade

BEREIDING

1. Verwarm de oven voor op 200°C (zie tip). Halveer het witloof in de lengte en verwijder het bittere hart. Snijd de ui in halve ringen.
2. Karamel: zet een pan op hoog vuur met een scheutje water en de bruine suiker. Laat de suiker smelten en wacht tot het mengsel gaat borrelen. Verlaag dan het vuur en smelt een klontje boter in de pan. Voeg de ui en het witloof toe en laat enkele minuten warmen in de karamel. Kruid met een snuifje zout en zwarte peper.
3. Schep de karamel met witloof in een taartvorm en zorg dat de bodem volledig bedekt is. Bedek vervolgens de bovenkant met het bladerdeeg en druk de randen met je vingers aan. Pas op, want de karamel kan nog warm zijn!
4. Bestrijk het bladerdeeg met wat gesmolten boter voor een goudbruin korstje. Prik enkele gaatjes in het bladerdeeg en bak zo'n 25 min., tot het bladerdeeg gaar is.
5. Salade: snijd ondertussen de appel in julienne (schillen hoeft niet) en hak de pecannoten grof. Schep om met de veldslamengeling, rozijnen en balsamicoazijn. Hussel goed door elkaar en breng op smaak met een scheutje olijfolie, snuifje zout en zwarte peper.
6. Neem een bord dat net iets groter is dan je taartvorm en zet omgekeerd op de taartvorm. Draai de vorm samen met het bord in één vlotte beweging om en laat de tarte tatin op het bord glijden.
7. Werk de taart af met enkele toefjes ricotta, snijd in punten en serveer met de salade. Smakelijk!
8. TIP: Je kan de tarte tatin een dag op voorhand maken. Bak de taart nog niet volledig, maar trek 5 min. van de oventijd af. Op het moment zelf bak je de taart verder af en zo kan je in no-time aan tafel!