Pancetta-witloofrolletjes in kaassaus

BEREIDING

1. Verwarm de oven voor op 200°C, bij voorkeur op grillstand (zie tip).
2. Snijd de harde kern uit het witloof (je mag het witloof ook halveren). Smelt een klontje boter in een pan met deksel op hoog vuur en schik het witloof in de bruisende boter. Kruid met zout en zwarte peper. Voeg een scheutje water toe, zet het deksel half op de pan en stoof in 6-10 min. gaar. Voeg eventueel een snuifje suiker toe voor een zoete toets.
3. Snijd intussen de aardappelen in stukken van zo’n 3 cm (schillen hoeft niet) en zet in een kookpot net onder water met een snuif zout. Kook in 15-20 min. gaar.
4. Bechamelsaus: smelt de boter op middelhoog vuur. Voeg de bloem toe en laat opdrogen onder voortdurend roeren. Van zodra je koekjes begint te ruiken en je bloem met de boter bindt tot korreltjes, is de roux klaar. Giet al roerend met een garde de melk erbij. Blijf goed roeren tot de saus begint te dikken. Kruid bij met nootmuskaat, zout, zwarte peper en de mosterd. Meng de helft van de kaas erdoor en laat smelten terwijl je blijft roeren.
5. Rol het witloof in 1 of 2 sneetjes pancetta. Giet de helft van de bechamelsaus in een ovenschaal in schik de pancettarolletjes erin. Overgiet met de rest van de bechamelsaus en werk af met de rest van de kaas. Schuif 15 min. in de oven, tot de kaas goudbruin is.
6. Giet de aardappelen af en stamp, samen met een scheutje melk, tot een smeuïge puree. Kruid met nootmuskaat, zout en zwarte peper. Schep de landkers eronder.
7. Serveer de pancetta-witloofrolletjes met landkerspuree. Smakelijk!