Kervel is een fris, mild kruid met een subtiele anijssmaak, dat zijn weg vindt in tal van bereidingen. Het is familie van de peterselie. Het is een plant die tot 40 centimeter groeit en frisgroene blaadjes vormt. De stengel van kervel is hol, en kan je gerust ook in je bereidingen gebruiken, als je’m fijnsnijdt. Kervel vind je vaak ingevroren in potjes, heel vaak om in kervelsoep te gebruiken, maar de verse variant is meer en meer in opmars. In Frankrijk is het een heel populair kruid, maar ook bij ons vind je het in klassieke bereidingen zoals paling in’t groen terug.
Kervel is zowel lekker rauw in salades, om pesto mee te maken en om gerechten mee af te werken, als in warme bereidingen. Denk aan visschotels, in een omelet, kervelpuree of in een lekkere roomsaus. Voeg kervel wel altijd op het einde toe van een warme bereiding, anders zal het zijn smaak verliezen. Kervel is een teer kruid, dus bewaar afgedekt op een donkere, koele plek of in de koelkast, voor slechts enkele dagen. Kervel is trouwens heel gezond. Het is een bloedzuiveraar en bevat veel vitamine C. Sowieso staat een takje kervel altijd mooi op een bord, dus altijd handig om in huis te hebben!