Provençaalse worst met patatjes en boterbonen

BEREIDING

1. Verwarm de oven voor op 200°C en bedek een bakplaat met bakpapier. Snijd de aardappelen in stukken van zo’n 3 cm (schillen hoeft niet) en hussel ze op de bakplaat door elkaar met een scheut olijfolie, de Provençaalse kruiden, zout en zwarte peper (zie tip). Zet 20-25 min. in de oven, tot de aardappelen krokant zijn en goudbruin kleuren.
2. Breng intussen een pot met gezouten water aan de kook voor de boterboontjes. Kook ze 4 min. in het kokende water. Giet af en spoel onder koud, stromend water.
3. Snipper de sjalot fijn. Smelt een klont boter in een pot en fruit de sjalot zo'n 2 min. op zacht vuur, tot de sjalot glazig is. Voeg de boterboontjes toe en laat 7-10 min. meebakken op zacht vuur, tot de sjalot begint te karamelliseren en de boontjes zacht zijn. Kruid met zout en zwarte peper.
4. Smelt een klont boter in een pan en bak de worst 5-7 min. op middelhoog vuur. Kruid met een snuif zout en zwarte peper.
5. Serveer de worst met de geroosterde aardappelen en de boterboontjes. Dop de patatjes in een toefje mayonaise. Smakelijk!
6. TIP: Geen zin om de oven aan te zetten en ook wel fan van krokante aardappelen? Kook de patatjes dan gewoon en bak ze nog even in de pan. Even lekker!