Kipfilet met mosterd-champignonsaus, gebakken appel en witloofslaatje

BEREIDING

1. Verwarm de oven voor op 200°C en bedek een bakplaat met bakpapier.
2. Snijd de aardappelen in wedges. Hussel op de bakplaat door elkaar met olijfolie, zout en zwarte peper en rooster in 25-30 min. goudbruin in de oven.
3. Snipper de sjalot fijn, pers de knoflook en snijd de champignons in plakjes. Snijd de appel in parten (schillen hoeft niet, zie tip).
4. Kruid de kip met zout en zwarte peper. Smelt een klontje boter in een pan en korst de kip aan op hoog vuur. Haal uit de pan (de kip gaart straks verder in de saus).
5. Smelt opnieuw klontje boter in de pan van de kip en bak de champignons, sjalot en knoflook 5-7 min. op middelhoog vuur. Kruid met zout en zwarte peper. Voeg vervolgens de bouillon en mosterd toe en blus met de room. Schik de kip opnieuw in de pan en laat verder garen op zacht vuur.
6. Snipper het witloof fijn en breng op smaak met een scheutje witte wijnazijn (of mayonaise), zout en zwarte peper.
7. Verhit een klontje boter in een tweede pan op hoog vuur en kleur de appelpartjes enkele minuten aan. Kruid met de kaneel (optioneel).
8. Serveer de kip in mosterdsaus met geroosterde wedges, gebakken appel en witloof. Smakelijk!
9. TIP: Zet je appel rechtopstaand op je snijplank en snijd met een mes langs het klokhuis heen. Veel makkelijker dan het klokhuis uit elk partje snijden.