Citroentaart

BEREIDING

Het deeg

1. Meng de bloem samen met de blokjes boter, de vanille en de tagatesse in een keukenrobot totdat de textuur op broodkruimels lijkt. Voeg één voor één de eidooiers toe, aansluitend het ijskoude water en kneed het deeg kort tot een gladde textuur.
2. Vorm het deeg voorzichtig tot een bal op een licht met bloem bestoven werkvlak. Kneed het deeg wat platter en wikkel in vershoudfolie. Laat 1 uur in de koelkast rusten.
3. Rol het deeg uit tussen 2 vellen bakpapier tot 3 mm dikte.
4. Leg het deeg in een beboterde taartvorm en druk de randen goed aan. Prik gaatjes in de bodem met een vork. Zet het deeg 30 minuten in de koelkast.

De vulling

5. Verwarm de oven voor op 160°C.
6. Haal de bakvorm met het taartdeeg uit de koelkast. Bedek het deeg met bakpapier, leg hierover de bakbonen en bak gedurende 20 minuten in de voorverwarmde oven. Verwijder de bakbonen en het bakpapier en bak nog eens 10 minuten tot de bodem licht goudkleurig is. Haal het deeg uit de oven en laat rusten.
7. Verlaag de temperatuur van de oven tot 140° C.
8. Meng de room, de eieren, de eidooiers, de tagatesse en het citroensap in een kom en klop tot een homogeen mengsel.
9. Giet de vulling voorzichtig op het deeg en plaats in de oven. Bak de taart ( afhankelijk van de bakvorm ) 15 - 30 minuten, tot de vulling begint te stollen.
10. Laat de citroentaart afkoelen op kamertemperatuur.
11. Kook de citroenzeste 3 minuten in water en giet af. Herhaal deze handeling drie maal.
12. Maak een siroop van het citroensap en de rietsuiker en laat de zeste gedurende 3 minuten meekoken. Decoreer de afgekoelde taart met de zeste.