Het werd uitgevonden door Hawaïaanse vissers, die de restjes afgesneden vis zelf opaten, door er een aantal kruiden bij te doen. ‘Poke’ wilt trouwens ook letterlijk ‘afgesneden’ zeggen in het Hawaiiaanse dialect. De stukjes vis, meestal ‘ahi’, een soort vette tonijn, worden in kubusjes van ongeveer 1 cm gesneden, en dan gemarineerd in sojasaus en sesamolie. Er komen dan ook nog sjalotjes, lente-ui, chilipepertjes en sesamzaadjes bij.
Dat is het traditionele recept, maar je mag er zelf ook creatief mee zijn: verse zalm gebruiken, avocado toevoegen, met zeewier, er rijst of tortilla’s bij serveren,... Ga je gang! In een artikel over poke lees ik dat je ceviche en poke het beste kan vergelijken met witte en rode wijn. Ceviche is net als witte wijn zuur en fris, poke is eerder als een rode wijn; stevig, en rond van smaak.
In New York en Los Angeles zijn ze al helemaal mee met de poke-trend, en duiken er overal foodtrucks, ‘poke-shacks’ en restaurants op, hopelijk waait de trend ook over naar onze contreien? In tussentijd kan je natuurlijk ook zelf aan de slag, want het is supersimpel. Het spreekt wel voor zich dat je hele verse vis moet gebruiken!